Reactie kabinet op het rapport van commissie De Winter
Het kabinet heeft, bij monde van ministers Hugo de Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) en Sander Dekker (Rechtsbescherming), gereageerd op de uitkomsten van commissie De Winter.
"Het rapport van de commissie De Winter geeft een indringend beeld met ontluisterende verhalen over geweld waaraan kinderen in de jeugdzorg zijn blootgesteld geweest."
Niet te bevatten
Zeker anno 2019 is hetvolgens de bewindslieden niet te bevatten dat deze kinderen, aan wie juist een veilige omgeving geboden had moeten worden, geen veiligheid en geborgenheid hebben gevonden. "In plaats daarvan kregen zij te maken met soms ernstig en veelvuldig fysiek en psychisch geweld. En dat terwijl het vaak ging om kwetsbare kinderen die al een uithuisplaatsing en wat daaraan voorafging hadden meegemaakt. Zo bleek uit het onderzoek van commissie De Winter naar psychisch, fysiek en seksueel geweld in de jeugdzorg vanaf 1945 tot heden.
Het geweld vinden de ministers extra pijnlijk, omdat veel mensen daar tot op de dag van vandaag last van hebben. "Kijken we terug op de periode vanaf 1945, dan hebben zij die verantwoordelijk waren voor de kinderen in de jeugdzorg, te weinig gedaan om geweld te voorkomen en te stoppen. Volgens de commissie heeft ook de overheid zich hiervoor onvoldoende ingespannen. Laat duidelijk zijn: dit geweld had niet mogen plaatsvinden."
Excuses, erkenning, hulp en ondersteuning
Excuses, erkenning, hulp en ondersteuning van de overheid voor deze slachtoffers zijn volgens de regering hier op z’n plaats. "Het rapport en de aanbevelingen van de commissie De Winter zijn daarin een belangrijke stap. We bieden de slachtoffers, in nauw overleg met slachtoffer- en lotgenotenorganisaties, de zorg en ondersteuning die ze nodig hebben. Dat betekent ook dat we samen gaan onderzoeken welke vormen van erkenning passend zijn. Wat er in het verleden is gebeurd, kunnen we helaas niet veranderen. Het is belangrijk om recht te doen aan de slachtoffers van gisteren. En voorkomen dat de kinderen in de jeugdzorg vandaag, de slachtoffers van morgen worden."