De prevalentie van huiselijk geweld en kindermishandeling in Nederland

Verslag van een prevalentieonderzoek en van de ontwikkelingen in prevalentie van huiselijk geweld en kindermishandeling sinds de vorige rapportages.

Boom, A. ten & Wittebrood, K. (2019). De prevalentie van huiselijk geweld en kindermishandeling in Nederland. Den Haag: WODC. Cahier 2019-1.

Probleemstelling

Centrale probleemstelling luidt: Wat is de aard en omvang van huiselijk geweld en kindermishandeling in Nederland, welke ontwikkeling heeft hierin plaatsgevonden en in welke mate is sprake van samenloop van beide vormen van geweld binnen gezinnen?

Enkele uitkomsten

5,5 procent van de Nederlandse 18+ bevolking heeft de afgelopen vijf jaar te maken gehad met ten minste één voorval van fysiek of seksueel geweld dat werd gepleegd door iemand uit de huiselijke kring. Daarnaast wordt naar schatting zeker 3 procent van de kinderen mishandeld – veel daarvan betreft ernstige verwaarlozing.

Bij een derde van de volwassen slachtoffers bleef het bij een eenmalig voorval. Bij een grotere groep vond echter enkele malen (41 procent) of zelfs structureel (20 procent) geweld plaats.

Grootste deel is partnergeweld

Het grootste deel van het geweld in huiselijke kring betreft (ex-)partnergeweld. Vrouwen worden duidelijk vaker slachtoffer van geweld in huiselijke kring dan mannen en dat geldt des te sterker bij structureel geweld. Vrouwen zijn ruim vijf keer zo vaak slachtoffer van structureel geweld door een partner of ex-partner.

Onderzoek

De vergelijkbaarheid met de eerdere prevalentiestudies is zo groot mogelijk gehouden.
Aanvullend op de prevalentieschattingen is voor het eerst de mate van samenloop tussen huiselijk geweld en kindermishandeling in gezinnen onderzocht. Verder is in het onderzoek meer dan voorheen aandacht geweest voor de vraag wat slachtofferschap van huiselijk geweld, in het bijzonder (ex-)partnergeweld, voor vrouwen en mannen inhoudt.

In het rapport wordt ook de context waarin huiselijk geweld en kindermishandeling plaatsvinden uitgebreid beschreven, onder andere met behulp van een zogenoemd ecologisch model. Het onderzoek bestaat uit verschillende studies en is uitgevoerd op verzoek van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het ministerie van Justitie en Veiligheid door diverse onderzoeksteams, onder regie van het WODC.