Antwoord op Kamervragen over gebrek aan vertrouwen basisscholen in Veilig Thuis
Staatssecretaris Van Rijn (VWS) noemt het “geen goed signaal” dat basisscholen weinig vertrouwen blijken te hebben in de samenwerking met Veilig Thuis. “In het belang van de kinderen moeten scholen en Veilig Thuis samen optrekken in de aanpak van kindermishandeling en in de regio met elkaar afspraken maken over de samenwerking”, aldus de bewindsman.
Alarmbel
Kamerleden Ypma (PvdA) en Volp (PvdA) stelden de staatssecretaris vragen naar aanleiding van een uitzending van De Monitor, waarin schoolleiders en leerkrachten de alarmbel luidden over de samenwerking met Veilig Thuis. Veertig procent van de basisscholen gaf aan - ondanks de wettelijke verplichting - geen terugkoppeling te krijgen van Veilig Thuis over hun melding.
Richtlijnen
Terugkoppeling over wat Veilig Thuis met de melding heeft gedaan, is volgens Van Rijn essentieel. In zijn reactie wijst hij op het initiatief van het Landelijk Netwerk Veilig Thuis om richtlijnen op te stellen om de communicatie naar melders te verbeteren. “Deze richtlijnen kunnen vervolgens door elk van de 26 Veilig Thuis-organisaties in de eigen regio worden toegepast.”
Downloads
Beantwoording Kamervragen over het bericht dat basisscholen weinig vertrouwen hebben in meldpunt Kindermishandeling (via www.rijksoverheid.nl) (pdf-bestand, 98 kB)